zondag 19 juli 2015

Gäddede - Vilhelmina (Wildernisroute dag 2.)

’S nachts in Gäddede was ik al en paar keer wakker geworden van het felle licht wat een voorbode was voor een mooie heldere zondagochtend. We liepen nog een rondje met Chivas en lieten camping Gäddede achter ons om onze tweede dag “Wildernisroute” voort te zetten. Omdat de ANWB kaart die mijn vader ons had meegegeven de secundaire wegen en dorpjes in Jämtland niet weergeeft en onze GPS automatisch de snelste en meest geschikte camper route naar Vilhelmina zou kiezen en ons daardoor dezelfde weg terug naar de E45 zou sturen had ik de avond ervoor handmatig een route langs de Noorse grens, via een aantal lokale dorpjes richting Vilhelmina in de GPS geprogrammeerd.
Nog geen tien minuten nadat we uit Gäddede vetrekken zitten we op een onverhard pad langs een groot meer. In eerste instantie schrikken we er een beetje van want het pad zit vol kuilen en er liggen veel scherpe stenen op. Zelfs met een gangetje van 20km per uur vallen de kopjes haast uit de kast. Is dit wel verstandig? Misschien een andere keer met een 4x4 voertuig? Maar ja, we waren toch teleurgesteld over de route van gisteren, we willen toch avontuur? Bovendien langer dan een paar kilometer zal dit onverharde weggetje toch niet zijn? Vijftien kilometer verder wordt het landschap alsmaar mooier en de onverharde weg begint te wennen. Ik had gelezen dat het op dit soort hobbelige wegen gek genoeg beter is iets harder te gaan rijden zodat de wielen al het ware over de kleinere oneffenheden heen vliegen. Voorzichtig ga ik steeds iets harder rijden 30, 40, 50, 60, 70. En inderdaad tussen de 60 en de 70 kilometer per uur gaat het iets beter en nu maar hopen dat de schokbrekers en de wielophanging het niet begeeft. Gebeurt er wel iets dan zijn we nog niet jarig want we zitten echt midden in de wildernis en er is in geen kilometers iemand in de buurt. We maken grapjes over het bellen van de pechhulp. De laatste keer dat we die aan de lijn hadden stonden we in Liempde, Nederland. De onvriendelijke mevrouw aan de lijn kon na een kwartier aan de telefoon onze achternaam nog niet spellen, en was ook nog zo eigenwijs om niet van ons aan te nemen dat we bij een bepaald tankstation langs de weg stonden dat ze de pechhulp doodleuk naar het station aan de overkant van de weg stuurde. Als we dat mens hier aan de lijn zouden krijgen staan we hier minstens een week voor de hulptroepen arriveren grappen we. Het zou wel een mooie gelegenheid zijn om onze zorgvuldig geprepareerde “survival packs” te gebruiken. Al kletsend rijden we dieper en dieper de onmetelijke natuur in. Uren lang over bergen, langs meren, door bossen, langs watervallen, over hoogvlaktes, langs besneeuwde bergtoppen. Na iedere bocht is er weer een nieuw betoverend natuurpanorama te zien. Het is een groot visueel spektakel. Hier zijn we voor gekomen. Wat een mooie dag en wat een geweldige ervaring. Gelukkig waren we na gisteren niet direct afgedropen en terug naar de E45 gereden. Na ruim 100km op onverharde paden en nog eens 170km op een twee-baans asfaltweggetje dat door de bergen en bossen slingert komen we aan in Vilhelmina.












Direct na aankomst in Vilhelmina rechts aan een meer natuurlijk ligt onze camping, Kolgarden Stugby & Camp. De vrolijke blonde eigenaar loopt voor ons uit naar de staplaats. Als ik uitstap geeft hij me een stevige hand en met een welgemeend “Welcome at camping Kolgarden”. Met zijn Zweeds/Engelse accent heet hij ons hartelijk welkom op zijn trots. Nadat ik de camper heb geparkeerd komt hij terug en raadt ons aan de camper om te draaien omdat we dan tot zonsondergang profijt hebben van de zon op wat volgens hem de meeste zonnige plek van de camping is. Hij had gelijk, nog lang zitten we buiten, in de zon over het water naar de bomen op de eilandjes en de bossen aan de overkant uit te kijken. Het was een volmaakte dag. We trekken de laatste fles wijn open en genieten in stilte na.