dinsdag 14 juli 2015

Kaland - Norrköping

Maandag 13 juli 2015. We zijn inmiddels aangekomen  op Sörsjöns Stugby & camping?  Vraag me niet waar Stugby voor staat, als ik om me heen kijk zie ik alleen de camping.  De omgeving wordt steeds mooier. Ook dit is weer een prachtige plek. De voorzieningen zijn eenvoudig maar voldoende. De schoonheid zit ‘m in de stilte en de schitterende natuur. De staplaatsen bestaan voornamelijk uit boven elkaar gelegen terrassen tegen een met bos begroeide heuvel. Aan de voet van de heuvel ligt een grasveld dat grenst aan een groot met bos omringd meer. Als we ’s avonds in het pikdonker buiten zitten en ons ogen dicht doen hoor je alleen het geluid van de natuur verder helemaal niets.



  
We zijn vandaag richting Stockholm gereden en zijn zeventien kilometer voorbij Norrköping op deze plek beland. We hebben vandaag 264km gereden. Dat is niet zo heel veel maar de E22 is een secundaire weg. De route is qua uitzicht zeker de moeite waard maar het duurt allemaal wat langer. Bovendien is het Sandra’s verjaardag dus we willen niet de hele dag rijden  om er ook een gezellige middag/avond van maken. Ondertussen hebben we er toch al 1583km op zitten.

We vertrokken vanmorgen tegelijk met onze Duitse overburen. Deze broodmagere maar energieke zestig plussers hadden er met hun vouwcaravan al ruim 3500km opzitten. Ze zijn net als wij onderweg naar de Noordkaap maar hebben nog maar een week vakantie en dus wat minder tijd. Ze vertelden ons dat het weer in de Noordkaap regio op het moment erg slecht is. Zodoende besluiten ze in ieder geval tot en met de wildernisroute te gaan en hierna eventueel huiswaarts te keren. Omdat wij meer tijd hebben en pas over een week of twee in die regio komen maken we ons nu nog niet zo druk over het weer daar. We wensen elkaar een goede reis en gaan ieder onze weg.
Na een uur of twee langs de E22 zie ik een bordje “verse koffie” in het Zweeds. Aangezien het tijd wordt voor een korte pauze en we best trek hebben in een lekker bakkie slaan we af richting  Mönsteras. We volgen de bordjes die aangeven waar de koffie te krijgen is en belanden op een nogal nauw onverhard weggetje. Omdat er een 4x4 pick-up truck van de andere kant komt aanrijden maak ik ruimte en zet te camper stil aan de rand van de weg. De aardige Zweed achter het stuur kijkt naar ons voertuig  schudt zijn hoofd en draait zijn raam open. In het Engels zegt hij dat we met onze camper niet over die weg kunnen. Hij raadt ons aan de brug over te rijden  en de camper op een parkeerplaats rechts te parkeren om te gaan lopen. Ik bedank de beste man en zo gezegd zo gedaan.
Terwijl we door dit schilderachtige dorp lopen kijken we onze ogen uit. Prachtige onverharde paadjes, sprookjesachtige houten bruggetjes over kristalheldere waterstroompjes. Een blijkbaar lokale man en vrouw komen voorbij lopen met een pony en twee on-gezadelde paarden aan de hand en knikken ons vriendelijk gedag. Wat moet het een feest zijn om hier te mogen wonen.









Na een korte pauze vervolgen we onze weg richting Norrköping. Naarmate we verder naar het Noorden rijden zien we het landschap langzaam veranderen. De heuvels worden hoger en grilliger en er zijn steeds meer rosten te zien.

Onderweg zien we drie Duitse auto’s langs de weg staan. Een van de auto’s heeft de motorkap openstaan en de eigenaar is druk aan het bellen waarschijnlijk met de politie. Even terug ligt een groot dood hert op de weg. Er wordt d.m.v. borden overal gewaarschuwd voor overstekend wild en dat is dus duidelijk niet voor niets. Het is een akelig gezicht zo’n groot aangereden dier. De auto die het dier geraakt heeft ziet er behoorlijk gehavend uit. Het lijkt mij dat je daar niet meer mee kunt rijden.
Een stuk voorzichtiger rijden we verder, maar het asfalt is glad de weg is zo goed als leeg. Heuveltje op, heuveltje af, bocht in, bocht uit. We denderen met 110km per uur (maximaal toegestane snelheid) richting Norrköping. Een  paar honderd meter voor ons stopt een wit bestelbusje met de bedoeling de E22 op de draaien (nadat wij gepasseerd zijn, want wij  hebben tenslotte voorrang!) Terwijl wij met 3500kg en 110 kilometer per uur aan komen denderen krijg ik toch een naar voorgevoel en schakel de cruise control uit. Plotseling trekt het witte busje op en draait 25 – 30 meter voor onze neus de weg op. Ik zet de camper direct vol in de ankers en weet op een haar na een flinke botsing achterop het busje te voorkomen. Gelukkig remt ons monster beter dan ik dacht, maar alles wat niet of niet goed vastzat is naar voren geschoven. De ravage is te overzien maar het is wel een wijze les. Zorg altijd dat alle spullen onder het rijden goed vast zitten en veilig opgeborgen zijn en houdt rekening met je snelheid en de remweg van een zwaar beladen camper.

Eenmaal aangekomen op de camping hebben we nog een uitdaging om bij onze staplaats te komen. We moeten nl. langs een onverharde smal grindpad omhoog. Het pad is dusdanig stijl dat we direct na een scherpe bocht om een grote dikke boom een aanloop moeten nemen in de 1e versnelling. Als de motor afslaat zal de camper waarschijnlijk achteruit glijden, zo niet moet ik de camper in ieder geval achteruit laten rollen om het opnieuw te proberen. We moeten beiden denken aan de broer van mijn zwager die ons e.e.a. had verteld over hun ervaringen met de camper in Italië. Dit was waarschijnlijk ook zo’n moment. Met het zweet op plaatsen die ik liever niet noem komen we net boven. We sluiten de dag af met een feestelijk maal in de buitenlucht om Sandra’s verjaardag te vieren. Morgen rijden we verder naar Stockholm.



1 opmerking:

  1. Zo, we zijn weer bijgepraat. Mooie natuur daar, zo te zien. Fijn dat jullie het zo naar je zin hebben.

    BeantwoordenVerwijderen